Literatuur
- Haslinghuis, E.J. & H. Janse, Bouwkundige termen. Verklarend woordenboek van de westerse architectuur- en bouwhistorie. Leiden (Primavera Pers), 20014e druk/1e druk: 1953 [643 blz. ISBN 90.74310.77.X]. Hierin "Pumeel": blz. 280, 353, 367, 515
- Tolboom, H.J., Venstertraceringen in Nederland. Deel in de serie 'Restauratievademecum, RV-bijdrage' nr 18. Zeist (Rijksdienst voor de Monumentenzorg), 's-Gravenhage (Sdu-Uitgeverij), 1998. [111 blz. ISBN 90.12.08605.1]. Hierin "Pumeel": o.a. blz. 75
- Parker, John Henry, A Glossary of Terms used in Grecian, Roman, Italian and Gothic Architecture. Vol. 1: Text; Vol. 2 & 3: Plates. London (David Bogue), 1850 5e druk/1e druk: 1836. [540 & 240 & 174 blz. ISBN -]. Hierin "Pomel": blz. 365 ("a knob, knot, or boss". bespreekt ook een ruimere betekenis, bijvoorbeeld bij sierraden. "In the Wardrobe Accounts, 5 E.I., we find the making of a wooden pomellum upon the great hall of Westminster and whit-washing it, and for covering with lead the new pomells of the two great kitchens, and for six new wooden pomells bought for the king's seat in the little Hall. (Braylery's Houses of Parliament, 81).